In mijn vorige blog schreef ik wat de meerwaarde is van vertellen: hoe het zorgt voor een grote betrokkenheid, waardoor het de moeite waard is om er tijd in te investeren. In dit artikel geef ik voorbeelden bij welke vakgebieden je vertelde verhalen effectief kunt inzetten. Dat is misschien wel vaker dan je denkt!
Taal en lezen
Een verhaal bestaat uit woorden en zinnen, dus het ligt voor
de hand om vertellingen te gebruiken bij je taal- en leeslessen. Verhalen geven een context waarin
je nieuwe woorden kunt uitleggen en verhalen met veel herhaling, vooral in de
dialogen, nodigen uit tot nazeggen en meedoen, zodat leerlingen zinsconstructies kunnen
oefenen. Of vertel eens een stuk uit een
boek. Leerlingen kunnen daarna zelf in het boek ontdekken hoe
het afloopt. Dat is nog eens leesbevordering!
Beeldende vorming
Bij de woorden en zinnen van het verhaal vorm je beelden in
je hoofd. Iedereen maakt zijn eigen beelden. De meeste kinderen vormen wel beelden in hun hoofd, maar
zijn zich daarvan niet bewust. Je kunt dat bewustzijn ontwikkelen, door een
verhaal te gebruiken als inspiratiebron voor lessen beeldende vorming. Laat ze na
het vertellen een bepaald beeld uit het verhaal opnieuw oproepen en weergeven als tekening, schilderij of ruimtelijk werkstuk of door het na te spelen.
Zaakvakken
In veel methodes die op school gebruikt worden staan
verhalen, vaak bij de introductie van een onderwerp of thema. Als je zo’n
verhaal vertelt in plaats van voorleest, zijn de kinderen emotioneel meer
betrokken en gaat het onderwerp leven.
Je zult het verhaal soms wel moeten aanpassen om het vertelbaar te maken,
bijvoorbeeld door de volgorde te veranderen of dialogen weg te laten. Houd
daarbij helder voor ogen welke doelstellingen de methodeschrijver met het
verhaal had en zorg dat die ook in je vertelling behouden blijven.
Persoonlijke verhalen
Een zeer
krachtig middel om kinderen te interesseren voor
een onderwerp, is het vertellen van je eigen ervaringen. Daarvoor hoef
je echt
geen avontuurlijk leven te leiden: veel gangbare lesthema’s kun je
illustreren met heel gewone, alledaagse belevenissen. Dat je je
boodschappenlijstje vergat toen je naar de supermarkt ging. Of hoe de
reis naar oma verliep. Kinderen willen alles over hun juf of meester
weten en vinden het fantastisch
als je over dit soort gebeurtenissen vertelt.
Muziek
In veel liedjes zit een
verhaal verborgen, dat
je kunt gebruiken om het lied aan te leren. Denk aan liedjes als ‘De
heks van Dovenetel’ of ‘Het paard van
Sinterklaas is ziek'. Je kunt eerst het hele verhaal vertellen en daarna
het lied aanleren of steeds een stukje vertellen waarna je de
bijbehorende strofe(n)
uit het lied zingt. De grappige of spannende inhoud van het verhaal
helpt om de
woorden van de tekst te onthouden. Doordat je het lied in de
loop van het verhaal herhaalt, raakt de melodie al bekend. En met
bijpassende geluidseffecten maak je er met je klas zo een compleet
hoorspel van!
Sociaal-emotionele ontwikkeling
Tot
slot kun je verhalen heel goed gebruiken om vervolgens het gesprek aan
te gaan over gedrag of over normen en waarden. Praten over personages
uit een verhaal, bijvoorbeeld hoe zij hun ruzie oplossen, is een stuk
gemakkelijker dan praten over je eigen gedrag. Je creëert zo een veilige
context om een gevoelige onderwerpen te bespreken. En last but not
least: samen luisteren naar een mooi verhaal creëert een gevoel van
saamhorigheid en is goed voor het klimaat in je klas.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten